Oostenrijk wandeling in het Schmirntal

Vanaf de wandelparkeerplaats een rondje langs Kalte Herberge

Als we in Tirol zijn spreken we altijd af met onze Oostenrijkse vrienden Martin en Christine die in Steinach am Brenner wonen. Dit weekend zijn we bij hun op bezoek. Op zaterdag werd een verjaardag gevierd en vandaag zondag maken we een wandeling. Dit keer in het Schmirntal een prachtig zijdal van het Wipptal. Het Schmirntal kan bekend zijn bij de kijkers van Ik Vertrek. In het eerste jaar van deze serie Nederlanders die vertrekken naar het buitenland zat een echtpaar dat een pension in Schmirn had gekocht. Inmiddels is het pension gesloten en leeft het echtpaar gescheiden van elkaar ergens anders.

Innerschmirn

Het Schmirntal strekt zich vanaf de aansluiting met het Wipptal, bij St. Jodok, tot aan de Tuxer Alpen, met de bekende bergtop de 3476 meter hoge Olperer. Schmirn kenmerkt zich door de vele en verspreid liggende woonkernen. Het Schmirntal wordt voor het eerst genoemd in 1249, als Vallis Smurne.

Wildlahnerbach

De auto wordt geparkeerd op de wandelparkeerplaats in Wildlahner bij de beek. Hier starten diverse wandelroutes. Martin heeft gekozen voor de wandelweg naar de Kalte Herberge

De wandeling gaat over een brede schotterweg (grind- of gravelweg).

In korte tijd maken we hoogtemeters en hebben zicht op het dal en kijken op Wildlahner.

Langzaam stijgend gaat het verder omhoog.

We komen langs de Friedens-Teich, een biotoop die een geschiedenis heeft.

Om de Siedlung (woonwijk) in Wildlahner uit te breiden moest er een biotoop verdwijnen. Natuurbescherming wilde hier alleen akkoord voor geven indien er op een andere plaats een nieuwe biotoop aangelegd werd.

De nieuwe teig (biotoop) werd bij de Kalte Herberge aangelegd. De aanleg begon in 1983 en werd voltooid in 1984. Na de voltooing werden de planten en dieren overgebracht.

We komen bij de Kalte Herberge. Een kapel welke volgens onderstaande legende ontstaan is:

Ein Jäger ging einst in den Wald und macht an dieser Stelle halt. Er traute seinen Augen kaum: Das saß doch unter einem Baum im tiefen kalten Schnee ein Weib und zitterte am ganzen Leib. In Armen trug sie auch ihr Kind und schützt es vor dem kalten Wind. Da sagte der Mann erstaunt zu ihr: „Ihr habt eine kalte Herberg hier“. O heilig Bild, schön wie ein Traum: Maria wählte diesen Baum, um hier uns allen zu begegnen und gütig unser Tal zu segnen. Drum ließ sie auch an dieser Stelle entspringen eine Gnadenquelle: Aus ihrem Herzen Liebe fließt, daran du satt geworden bist. Willst du Maria nahe sein, dann tritt in dieses Kirchlein ein!

Vrij vertaald:

Een jager ging ooit het bos in en stopte op dit punt. Hij kon zijn ogen nauwelijks geloven: er zat een vrouw onder een boom in de diepe, koude sneeuw en rillend. Ze droeg ook haar kind in haar armen en beschermde het tegen de koude wind. Toen zei de man verbaasd tegen haar: “Je hebt hier een Kalte Herberge”. O heilig beeld, mooi als een droom: Maria koos deze boom om ons hier allemaal te ontmoeten en onze vallei genadig te zegenen. Daarom liet ze op dit punt een bron van genade ontspringen: liefde stroomt uit haar hart, en je hebt er genoeg van. Als je dicht bij Maria wilt zijn, ga dan deze kleine kerk binnen!

Het interieur van de kapel is mooi. Er zijn prachtige gebrandschilderde ramen.

Ook het plafond is voorzien van een prachtige fresco.

Na het bezichtigen van de kapel gaan we weer verder en wandelen verder omhoog.

We komen uit het bos op een kleine alm hier is een aftakking die ons weer naar dal brengt.

Klik op de afbeelding voor een groter exemplaar

Over een smal pad gaan we het bos in.

Het gaat steil bergafwaarts.

Wanneer we in het bos lopen zijn we Martin plotseling kwijt, het ruikt naar paddestoelen. En dan weten wij één ding zeker Martin gaat op zoek en verzamelen.

Binnen de kortste keren heeft hij zijn handen vol met pfifferlingen (cantharellen). Gelukkig heeft Christine een plastic zakje waarin ze opgeborgen kunnen worden. We zijn verbaasd dat de steinpilzen, pfifferlingen en herrenpilzen zo dicht langs het wandelpad staan.

We komen weer uit op een schotterweg welke ons in de Holzebensiedlung brengt.

Als we door de Siedlung gewandeld zijn moeten we weer klimmen om richting de parkeerplaats te gaan.

Opnieuw lopen we lang de Kalte Herberge en komen we terug op ons uitgangspunt.

We stappen in de auto en rijden naar Kasern, hier is Alpengasthof Kasern een echt Tirools gasthaus met Tiroler specialiteiten. Alpengasthof Kasern is gebouwd in 1902 door een inwoner van het Schmirntal die tijdens de Goldrush in Amerika goud heeft gevonden. Het goud heeft hij ingewisseld voor geld en daarmee Alpengasthof Kasern gebouwd. In de gelagkamer heb je het gevoel dat je terug gaat in de tijd.

Alpengasthof Kasern
Achterzijde gasthof

We vinden een plekje op het terras en kijken op het Tuxerjoch. Aan de andere zijde van het Tuxerjoch ligt het Zillertal. We genieten van de heerlijke Tiroler specialiteiten. Speciaal voor de hausgemachte kuchen komen de Einheimischen hiernaar toe.

Klik op de afbeelding voor een groter exemplaar

In het Schmirntal staat de oudste Stockmühle van Tirol. De molen wordt aangedreven door water uit de beek en werd gebruikt voor het malen van graan.

Het bijzondere is dat je de aandrijving niet ziet deze is namelijk onder de molen bevestigd.

Schema van de opbouw van de molen

Het water wordt door middel van een trog vanuit de beek in de molen getransporteerd.

Naast de molen ligt de Alpenbloemen tuin. Deze kleine tuin is een bezoek waard. Hier vind je planten, bloemen en kruiden die gebruikt worden in de keuken en in de homeopathie.

Vanuit de tuin een prachtige blik op de Olperer.

In de tuin staan ligbanken met zicht op de Olperer.